Orgels /
Haarlem / Kathedrale Basiliek Sint Bavo
Leidsevaart 146, Haarlem
Kerk
In 1893 werden de eerste plannen gemaakt voor de bouw van een nieuwe
Rooms Katholieke Kathedraal aan de Leidsevaart in Haarlem, waarbij Joseph
Cuypers als architect fungeerde.
Op 15 juni 1895 werd de eerste paal in de grond geslagen en op 1 april 1898 was
het eerste gedeelte van de Kathedrale Basiliek Sint Bavo gereed.
Op de eerste dag van 1902 werd aan de tweede fase van het gebouw begonnen,
waaronder het transept en middenschip werden verstaan.
Half jaren '20 van de vorige eeuw werd met de bouw van de torens begonnen: op 3
november 1927 startten de werkzaamheden en op 28 november 1928 werd het hoogste
punt bereikt. In 1930 werd met een groot feest de voltooiing gevierd.
In de 21e eeuw is het kolossale bouwwerk diverse malen gerestaureerd.
Hoofdorgel
Foto 1: © Ansichtkaart van de situatie in de St. Willibrordus
buiten de Veste in Amsterdam.
De tussen 1893 en 1930 gebouwde R.K. Bavo kathedraal te
Haarlem werd in 1970 voorzien van het huidige Adema-orgel.
In de winter van 1920 op 1921 werd door Joseph Adema een orgel ontworpen voor de
Rooms Katholieke kerk St. Willibrordus buiten de Veste in Amsterdam. Dit ontwerp
van 55 stemmen werd echter afgedaan als te ouderwets en vervangen door een nieuw
ontwerp met 64 registers. Dit orgel werd in 1923 opgeleverd door Adema. Van een
aantal stemmen was het pijpwerk nog niet geplaatst, evenals het front.
In 1924 werden enkele tongwerken uit het atelier van Massure (Parijs) in het
orgel geplaatst. Twee jaar later werd het orgelfront afgebouwd. Daarnaast werd
een Diapason 8’ geplaatst op de sleep van de Ripiëno.
In 1944 werd door Hubert Schreurs het dubbelkoor van de Prestant 16’ verwijderd,
evenals de Diapason 8’. De Unda Maris 8’ werd vervangen door een Terts 1 3/5’
vanaf c klein.
Het orgel werd eindelijk in 1949 afgebouwd
volgens het bestek. Hierbij werden de laatste tongwerken van Masure (Parijs)
geplaatst.
Het lag in de bedoeling vanaf de vierklaviers speeltafel tevens het koororgel te
bespelen.
Bij sluiting van de kerk in 1970 is het Adema-orgel ternauwernood gered van de
sloop. Het orgel is door Adema’s Kerkorgelbouw overgeplaatst naar de R.K. St.
Bavo kathedraal te Haarlem overgeplaatst.
In 1978 is het orgel uitgebreid met een Kroonpositief in twee kasten met 11
stemmen.
In 1990 plaatste Adema Kerkorgelbouw (A. Schreurs) een Unda Maris 8’ op het
Reciet. Een jaar later werd door de Stichting Willibrordorgel pijpwerk besteld
variërend in lengte van 4,90 tot 9,20 meter. Dit werd gebruikt voor het
realiseren van een Contrafagot 32’ voet. Het overige pijpwerk werd gebruikt uit
een Vermeulen-orgel dat
buiten gebruik was gesteld. In mei 1991 werd het
register opgeleverd.
In 1995 werden de registratiemogelijkheden uitgebreid door het plaatsten van een
aantal Setzercombinaties, de indeling van de speeltafel werd vernieuwd en de
dispositie is op enige punten gewijzigd. Op het Groot Orgel werd een Violon 32’
discant toegevoegd. De Scherp op het Kroonpositief moest plaats maken voor een
Salicionaal 8’ en een Fluit Harmoniek 8’ vanaf c.
In 1998 is op hetzelfde werk een Klaroen 4’ geplaatst en kreeg het Pedaal een
zacht 16-voets tongwerk: een Fagot 16’.
Huidige dispositie van het Adema-orgel (1921): |
|||
Hoofdwerk: |
Positief Expressief |
Récit Expressief: |
Kroonpositief: |
Violon 32’ disc. |
Viola Major 16’ |
Quintadeen 16’ |
Prestant 8’ |
Principaal 16’ |
Principaal 8’ |
Viola di Gamba 8’ |
Holpijp 8’ |
Bourdon 16' |
Viola 8’ |
Quintadeen 8’ |
Salicionaal 8’ |
Prestant 8’ |
Vox Coelesta 8’ |
Fluit Harmoniek 8’ |
Fluit Harmoniek 8’ –transm. |
Portunaal 8’ |
Baarpijp 8’ |
Nachthoorn 8’ |
Octaaf 4’ |
Fluit Harmoniek 8’ |
Roerfluit 8’ |
Unda Maris 8’ |
Roerfluit 4’ |
Holpijp 8' |
Viola 4’ |
Salicet 4’ |
Quint 2 2/3’ |
Quint 5 1/3’ |
Fluit Douce 4’ |
Fluit Harmoniek 4’ |
Octaaf 2’ |
Octaaf 4' |
Quintviola 2 2/3’ |
Nasard 2 2/3’ |
Mixtuur IV sterk |
Gemshoorn 4’ |
Viola 2’ |
Octavin 2’ |
Cornet III sterk – transm. |
Doublet 2’ |
Mixtuur III-IV sterk |
Terts 1 3/5’ |
Baryton 16’ |
Mixtuur IV-V sterk |
Cymbale III sterk |
Larigot 1 1/3’ |
Trompet 8’ |
Cymbale IV sterk |
Sexquialter II-III sterk |
Flageolet 1’ |
Klaroen 4’ |
Cornet III-IV sterk |
Engelse Hoorn 16’ |
Trompet Harmoniek 8’ |
|
Ripiënio II sterk |
Trompet 8’ |
Fagot Hobo 8’ |
|
Fagot 16’ |
Kromhoorn 8’ |
Clarinet 8’ |
|
Trompet 8’ |
Schalmey 4’ |
Vox Humana 8’ |
|
Klaroen 4’ |
|
|
|
Pedaal: |
Werktuiglijke registers: |
Majorbas 32' |
Koppel Pedaal-Hoofdwerk |
Open Bas 16' |
Koppel Pedaal-Positief Expressief |
Contrabas 16' |
Koppel Pedaal-Récit Expressief |
Subbas 16' |
Koppel Pedaal-Kroonpositief |
Quint 10 2/3' |
Koppel Hoofdwerk-Positief Expressief |
Open Bas 8' |
Koppel Hoofdwerk-Récit Expressief |
Cello 8' |
Koppel Hoofdwerk-Kroonpositief |
Gedekt 8' | Koppel Kroonpositief-Positief Expressief |
Open Fluit 4' | Koppel Kroonpositief-Récit Expressief |
Octaaf 2' | Koppel Positief Expressief-Récit Expressief |
Ruispijp II-III sterk | Combinatieregisters per manuaal |
Contre-Fagot 32' | Combinatietreden |
Fagot 16' | Zweltrede |
Bazuin 16' | |
Trompet 8' | |
Klaroen 4' |
Transeptorgel
Het eerste orgel van de Kathedrale Basiliek
Sint Bavo werd in 1907 geplaatst toen de tweede bouwfase voltooid was. Het werd
gebouwd in een transept boven de Heilige Familie- of Kerstkapel. De architect
van de kerk - Joseph Cuypers - ontwierp het front en de opdracht werd verleend
aan de firma P.J. Adema & Zoon.
Pas in 1924 werd het orgel voltooid.
In 1952 voerde de firma J. Vermeulen uit Alkmaar een ingrijpende restauratie
uit, waarbij het Adema-orgel werd uitgebreid.
Enige jaren later, in 1961, vergrootte Vermeulen het orgel opnieuw: van een
tweeklaviers orgel met vrij pedaal creëerde hij een drieklaviers instrument met
34 stemmen, verdeeld over hoofdwerk, zwelwerk, positief en pedaal. Daarnaast
werden nieuwe keggelladen vervaardigd en het orgel opnieuw geïntoneerd.
In 1996 werden door Flentrop Orgelbouw de tongwerken opnieuw geïntoneerd.
Huidige dispositie van het Adema/Vermeulen-orgel (1924/1961): |
|||
Hoofdwerk: |
Zwelwerk |
Positief: |
Pedaal: |
Bourdon 16' |
Prestant 8' |
Holpijp 8' |
Prestant 16' |
Prestant 8' |
Gamba 8' |
Quintadeen 8' |
Subbas 16' - transm. |
Roerfluit 8' |
Zweving 8' vanaf g |
Prestant 4' |
Octaaf 8' |
Octaaf 4' |
Bourdon 8' |
Roerfluit 4’ |
Gedekt 8' |
Kwint 2 2/3' |
Prestant 4' |
Octaaf 2' |
Superoctaaf 4' |
Superoctaaf 2' |
Gemshoorn 4' |
Sesuqialter II sterk |
Bazuin 16' |
Mixtuur IV-V sterk |
Piccolo 2' |
Scherp IV sterk |
Trombone 8' |
Trompet 8' |
Kwint 1 1/3' |
Kromhoorn 8' |
|
Klaroen 4' |
Cymbel III sterk |
|
|
|
Hobo 8' |
|
|
Werktuiglijke registers: | |||
Koppel Hoofdwerk-Zwelwerk | |||
Koppel Hoofdwerk-Positief | |||
Koppel Positief-Zwelwerk | |||
Koppel Positief-Hoofdwerk | |||
Koppel Pedaal-Hoofdwerk | |||
Koppel Pedaal-Zwelwerk | |||
Koppel Pedaal-Positief | |||
Vrije combinatie | |||
Tutti-trede | |||
Tongwerken af | |||
Automatisch pedaal | |||
Zweltrede |
Koororgel
Het
eenklaviers koororgel in de Kathedrale Basiliek Sint Bavo heeft een
negentiende-eeuws binnenwerk en werd waarschijnlijk gebouwd als kabinet-orgel.
De originele kas is verloren gegaan en heeft plaats moeten maken voor een modern
ogend front.
Bij aankoop van het Broederhuis in Roosendaal in 1968 is er een nieuw nieuwe
klassiek vormgegeven orgelkas vervaardigd door een broeder uit de Abdij te
Egmond. In 1975 kocht Jan Valkestijn het orgel bij de firma Vermeulen voor de
Koorschool van de St. Bavokerk in Haarlem. Drie jaar later werd het in de St.
Bavokathedraal geplaatst.
Dispositie van het koororgel (ca. 1850): |
Manuaal |
Prestant 8' disc. |
Holpijp 8' basc./disc. |
Prestant 4' basc./disc. |
Fluit 4' basc./disc. |
Octaaf 2' basc./disc. |
Quint 1 1/2' disc. |
Octaaf 1' basc. |